Onze lange fysieke scheidingen, uit angst voor COVID-19, versterkten wat wetenschappers al geloofden: dat onze nauwe banden met anderen ons gezond houden.
We ervaren de wereld via onze zintuigen: voelen, zien, horen, ruiken en proeven.
Van de vijf is de tastzin buitengewoon belangrijk, bevestigt een groeiend aantal onderzoeken. Mensen hebben de fysieke aanwezigheid van anderen nodig, de geruststellende aanraking van anderen, om gezond te blijven.
Op de School voor Creativiteit in Andria, Italië, leren leerlingen die les al op jonge leeftijd. “De cultuur van aanraking in die school is dagelijks”, zegt de oude National Geographic-fotograaf Lynn Johnson. “Van moment tot moment. Het is heel fysiek. Ze knuffelen en zoenen altijd.” Zo spelen de kinderen een spel waarbij een geblinddoekte leerling een klasgenoot probeert te herkennen door alleen op de tast te voelen. Ze hadden het altijd bij het juiste eind, zegt Johnson.
In een artikel van National Geographics gaan ze op een missie: proberen situaties te zoeken, voor mensen, voor wie aanraking een cruciaal onderdeel van hun leven is – hun overleving, hun oriëntatie in het leven.
Die missie bracht haar naar Margaret Malarney en haar familie in Chagrin Falls, Ohio. “Ik ontmoette Margaret toen ze minimaal bij bewustzijn was. Ik zag geen enkele reactie op haar gezicht”, zegt Johnson. Maar tijdens een reeks bezoeken van zeven maanden, was Johnson getuige van “de manier waarop de familie fysiek van haar hield, weer tot leven. We kennen de wetenschap erachter niet; we weten niet waarom.”
En toch, zegt Johnson, “kunnen we geloven dat aanraking zo’n waarde heeft.”
Lees het hele artikel op National Geographics “The audacious science pushing the boundaries of human touch“